Obstakels dus, dat kan een hekje of deur zijn, een mens, noem maar wat. In elk geval iets wat tussen je hond en zijn/haar doel staat.
Voor Lais moet ik altijd alles hufterproef maken, tot in het kwadraat. Want voor Lais is een obstakel slechts iets waarvan ze nog niet ontdekt heeft hoe ze daar door of over kan. Het eerste wat ze doet is gewoon hard doorduwen, dat helpt bij heel veel dingen: het gaat uiteindelijk bijna altijd open of stuk
. Met de behendigheid hadden we twee rijen paaltjes die tegen elkaar stonden en als zij door de palen was geweest stonden die rijen altijd gewoon veertig centimeter uit elkaar
.
Ze kan dan ook deuren openen en niet alleen naar buiten toe, maar ook naar binnen toe (gewoon net zolang doordrammen tot het een keer lukt en dan weet je hoe het moet). Een vrijwel niet te openen bak krijgt ze gewoon de deksel vanaf. En anders sloopt ze het gewoon want die tanden, kaken en kaakspieren doen het meer dan prima.
Oftewel: obstakels? Welke obstakels?
Ravi is wel van het over obstakels heen springen, maar verder is ie vooral van het lijfsbehoud. Duwen met je lijf
?! Oeh nee hoor! Brr, als er een aanraking dreigt met een object maakt ie van schrik een sprongetje. Hij is wel van het jatten, kan ook wel een beetje slopen maar bij lange na niet zo erg als Lais.
Willem, dat is een verhaal apart. Voor Willem is vrijwel alles een obstakel en van obstakels probeer je weg te komen en veel afstand te houden. Dan geef je hem een yoghurtbak om uit te likken en ligt hij daar gelukzalig van te genieten, totdat het op is... dan is het opeens een heel eng ding waar je niet meer bij in de buurt durft te liggen maar ook niet omheen durft te lopen
.
Oftewel: alles is een groot obstakel.
Van Murphy weet ik het nog niet echt. Die heeft op zich alles wel in z'n arsenaal zitten en niet iets wat eruit springt: keffen, opspringen, duwen, weglopen.